MAAG
Via de slokdarm komt het voedsel in de maag (ook wel gaster genoemd) terecht. De maag is een sterk gespierd orgaan, waar het voedsel nog eens flink wordt gekneed. Als de maag leeg is het een vuistgroot orgaan met een sterk geplooide wand.
Opslag van voedsel
De maag is tevens een orgaan waar het voedsel wordt opgeslagen. Gemiddeld kan de maag zo’n 3 liter opslaan. Zodra er voedsel in de maag terecht komt scheiden de maagkliertjes maagzuur en enzymen uit. De inhoud van wordt daardoor vloeibaarder en behoorlijk zuur, net zo zuur als citroensap. Dit komt omdat maagzuur zoutzuur bevat. De zuurgraad wordt aangegeven met de pH. In zo’n zuur milieu kunnen heel veel bacteriën niet overleven. In de maagsappen zitten enzymen, die het voedsel al gaan afbreken. Enzymen zoals pepsine breken eiwitten af. Gemiddeld blijft een maaltijd 1 tot 3 uur in de maag. Vloeibaar voedsel verlaat de maag veel sneller dan vast voedsel. Hoe vetter de maaltijd, hoe langer het duurt voordat het voedsel klaar is om door te stromen. Vanuit de maag worden kleine porties naar de 12-vingerige darm geleid.
Uw maag en darmen communiceren!
Als de maag gevuld is, krijgt de dikke darm een seintje dat er nieuwe voorraad onderweg is en dat de oude voorraad ‘geloosd’ moet worden. Daardoor komt het dat men vaak na een maaltijd naar het toilet moet. Dat wordt de gastrocolische reflex genoemd. Bij baby’s is die reflex nog heel goed zichtbaar: vaak wordt tijdens het drinken aan de borst of fles de luier al gevuld!
Van baby tot bejaarde: 65.000 kilo voedsel
Tijdens een mensenleven verwerkt ons spijsverteringskanaal zo’n 65.000 kilo eten en drinken, dit is gelijk aan het gewicht van 25 nijlpaarden! Dikkere mensen hebben niet per se een grotere maag, maar het kan wel zijn dat deze meer is opgerekt. Er wordt in sommige gevallen een gastric-bypass uitgevoerd, waarbij de maag word verkleind.
Vervolg de reis naar de twaalfvingerige darm >